Terug

In de schoefkoar: Sven Arens

In de rubriek ‘In de schoefkoar’ neemt telkens een werknemer van Warmes plaats in de oranje Warmes-kruiwagen. Deze keer is dat Sven Arens (17) uit Lattrop, student technicus hout en restauratie. Hij verwisselde de Havo onlangs voor een timmermansopleiding. 

Naam: Sven Arens
Leeftijd: 17
Woonplaats: Lattrop
Burgerlijke staat: single
Beroep: student technicus hout en restauratie, ROC Hengelo
Werkzaam bij Warmes sinds: 29 februari 2019 als zaterdagkracht en in de vakanties, sinds januari 2021 als leerling-timmerman

 

Hoe kom je bij Warmes terecht?

“Ik zocht een bijbaantje terwijl ik al van plan was om timmerman te worden. Warmes ken ik goed als bedrijf uit het dorp en mijn broer Lars en mijn oom Jeroen werkten er al. Het was dus logisch om er te vragen om een bijbaan. Even wachten tot er een plekje vrij was en toen kon ik er aan de slag op zaterdag en in de vakanties, op mijn vijftiende.” 

Je switchte van de Havo naar je huidige opleiding. Waarom koos je daarvoor?

“De Havo ging me vrij gemakkelijk af, maar ik had een heel ander doel voor ogen: timmerman worden. Wie Havo doet, richt zich op HBO bouwkunde, maar daar word je opgeleid voor een kantoorbaan terwijl ik met mijn handen wil werken. Na 4Havo kon ik direct doorstromen naar de opleiding technicus hout en restauratie aan het ROC in Hengelo en die kans heb ik gegrepen. Het is dus eigenlijk gewoon een andere route om op deze opleiding terecht te komen.” 

Had je ook voor de opleiding gekozen als je geen bijbaan bij Warmes had gehad?

“Ja want al bij de eerste kennismaking wist ik: die opleiding wil ik doen. Het is een heel breed georiënteerde opleiding voor meubel-, timmermans- en restauratiewerk. 
Nu ga ik twee dagen naar school – een dag theorieles, een dag praktijkles – en doe ik drie dagen stage. Ik ben blij dat ik mijn stage bij Warmes kan doen. Zo breed als de opleiding is, zo gevarieerd is het werk bij Warmes ook. Zo kan ik zowel aan het timmermans- als het restauratiewerk werken en zelfs aan het meubelmakerwerk, aangezien ramen ook als meubels gelden. Ander meubelmakerwerk doe ik tijdens de praktijkles op school.”

Omschrijf de sfeer bij Warmes eens?

“Die is heel goed. Ik werk voortdurend met verschillende mensen, soms wel met drie of vier verschillende collega’s per week, en de sfeer onderling is altijd goed. Dat maakt het werk leuk.”

Wat was je eerste klus voor Warmes?

“Het maken van scharnierkappen voor Deterink en Smithuis, samen met Bart Kamphuis in de werkplaats."

Leukste klus tot nu toe?

“De aanbouw bij de familie Pol in Beuningen. Kap maken, plaatsen en afwerken. Het was de eerste keer dat ik het aftimmerwerk mocht doen en ik kreeg veel vrijheid in mijn werkzaamheden.”

Aan welk soort project zou je graag nog eens willen werken?

“Een groot renovatieproject. Ik heb er geen ervaring mee en ik weet dus niet hoe het zal zijn, maar dat zou ik heel graag willen ervaren.”

Ben je van plan je eigen huis te bouwen?

“Zeker. Dat moet je kunnen als je timmerman wilt worden.”

Waar hou je je mee bezig als je niet aan het werk bent?

“Voetbal bij DTC’07. Ik ben de keeper van A1. De competitie is net weer gestart. Afgelopen seizoen moesten we na een paar wedstrijden stoppen vanwege corona. Zonde, want we stonden eerste. Aan het eind van het seizoen hebben we nog deelgenomen aan de regiocup. Dat ging best goed, maar is geen garantie voor weer een hoge notering. We spelen dit seizoen namelijk met een heel andere samenstelling.
Daarnaast sleutel ik veel aan brommers. Samen met Tim Zanderink kopen we brommers op en die knappen we op. Nog niet zo lang geleden mee begonnen, maar we krijgen de brommers weer goed aan het lopen. 
Zelf rij ik een Derbi, een moderne schakelbrommer, een 50cc supermoto.”

Het schooljaar is net weer begonnen. Begin je weer met frisse zin aan het nieuwe jaar?

“Zeker weten. Ik vond het bijna jammer dat het bouwvak was. Bijna hoor. Vakantie is leuk, maar werken en school ook. Eigenlijk doe ik dat nog liever dan thuis niks doen. Het jaar begon ook nog eens met het personeelsfeest bij Warmes; dat was een goed begin.”
 

In de schoefkoar: Sven Arens